Onder redactie van mr. S.J.W. van der Putte en mr. M.R. van Zanten (2018), SDU Uitgevers, 999 pagina’s, ISBN 978 901 240288 0
Het in de politiepraktijk vaak gebezigde “Dit is civiel, daar gaan wij niet over!” leidde in het verleden tot negeren van problemen die met privaatrechtelijke kennis opgelost hadden kunnen worden. De kennis van zeventig experts op het gebied van het beslag- en executierecht kan de politie helpen bij het bejegenen van twee van haar doelgroepen: de stakkers en de rakkers.
Vaak ziet de politie schrijnende gevallen van financiële ellende. Voor goede samenwerking met zijn privaatrechtelijke evenknie, de gerechtsdeurwaarder, is het van belang dat de wijkagent bekend is met diens positie en mogelijkheden. Zo ook met schuldhulpverlening, ‘ontspoorde’ bewindvoering of kwesties vanwege het huwelijksgoederenrecht. Om nog maar te zwijgen over ook de civielrechtelijke hulp aan ‘de stakker’: bij diens aangifte van een strafbaar feit, té vaak verwaarloosd.
Ook ‘de rakker’ oftewel de crimineel kan met een gericht gebruik van het civielrecht beter aangepakt worden. Met kennis van het civiele beslagrecht kan -naast strafvorderlijke mogelijkheden en strafrechtelijke ontneming- ook anders worden afgepakt! Interessant zijn ook de privaatrechtelijke medewerkingsverplichting voor schuldenaren, bijzondere beslagmogelijkheden bij afwezigheid van een executoriale titel, de samenwerking met de curator in geval van een faillissement etc.
Nu het strafrecht meer als optimum dan als ultimum remedium wordt gezien, is betere civielrechtelijke kennis bij de politie noodzakelijk. Niet om te fungeren als quasi-juridische adviseur, maar om slimmer te kunnen afpakken, ondermijning tegen te gaan en betere hulp te verlenen. Daarom is dit boek voor politie-onderwijs en de professionele practici, die zich met ‘rakkers en stakkers’ moeten inlaten, een absolute aanrader.
Recensent: Gerard Blonk
Geef een reactie