Internationale civiele missies vereisen niet alleen goed getrainde experts maar bovenal een gerichtheid op samenwerking. Het EU Police and Civilian Services Training (EUPCST)-programma draagt bij aan deze behoefte door het aanbieden van trainingen en live exercises.
Momenteel zijn er ruim 130 Nederlandse functionarissen werkzaam binnen internationale missies.1 Deelnemers geven aan dat de voorbereidende trainingen in Nederland als essentieel worden ervaren, maar dat je desondanks nooit op alles voorbereid kunt zijn. Hoe ga je bijvoorbeeld om met cultuurverschillen in het gastland? En hoe is het om met een Italiaanse of een Franse collega samen te werken? Het EUPCST-programma is door de Europese Unie (EU) in het leven geroepen om professionals aanvullend voor te bereiden op de realiteit van een internationale civiele missie.
1 Groot internationaal netwerk
Het trainingsnetwerk van het EUPCSTprogramma bestaat sinds 2008 en in 2015 heeft de Koninklijke Marechaussee (KMar) het voorzitterschap op zich genomen. Tot eind 2018 stond het programma enkel open voor politieen gendarmeriekorpsen. Vanwege de behoefte aan meer integraliteit en het nabootsen van missierealiteit in trainingen sluiten civiele organisaties sinds 2019 ook bij het programma aan. Het netwerk heeft zich daarmee uitgebreid tot meer dan 30 partners, ieder met een eigen expertise. Deze variëren van gender en mensenrechten tot cyber en hybride bedreigingen.
2 Laag geweldsspectrum
Waar de nadruk tijdens eerdere edities van het programma op Crowd and Riot Control lag, is de focus de afgelopen jaren verlegd van het optreden in een verhoogd geweldspectrum naar optreden in het lagere geweldsspectrum. Dit sluit beter aan op het werk in de missiegebieden waar de functionarissen voornamelijk optreden als adviseur van de lokale overheden. Dit vereist andere vaardigheden. Met het oog hierop wordt het merendeel van de trainingen gegeven volgens het Monitoring, Mentoring, Advising & Training (MMA&T)-concept. Hiermee wordt de focus gelegd op de ontwikkeling van de soft skills die nodig zijn om lokale autoriteiten te adviseren. Dit betekent bijvoorbeeld dat trainees bewust worden gemaakt van culturele verschillen en het belang van local ownership in actieplannen.
3 Local ownership
Het begrip local ownership komt veelvuldig aan de orde in de EUPCST-trainingen. Dit begrip houdt in dat het opbouwen van politie- en civiele capaciteiten na een crisissituatie enkel succesvol kan zijn wanneer er voldoende input en betrokkenheid van de lokale partij is.2 Wat werkbaar is in Nederland is bijvoorbeeld niet altijd werkbaar in een ander land. Het is belangrijk dat de trainees zich hier bewust van zijn en met begrip van dit concept de missie in gaan. Omdat het programma bijdraagt aan capaciteitsopbouw in derde landen3 worden trainees uit die derde landen ter plekke getraind middels het ‘Training van Trainers’-programma. Daarbij krijgt een selecte groep van acht à tien functionarissen een opleiding tot trainer op een specifiek thema zodat zij dit vervolgens binnen hun eigen organisatie kunnen overbrengen. Op deze wijze worden het komende jaar 32 Ghanese politiefunctio narissen afkomstig uit 11 regio’s opgeleid. Zij gaan vervolgens in hun eigen regio trainingen verzorgen aan 300 politie collega’s die voorbestemd zijn om op missie te gaan in gebieden rondom de Sahel.
4 Kleinschalige oefeningen
In september 2018 vond de grootschalige oefening Lowlands Grenade plaats in de Marnewaard (zie openingsfoto), een militair oefenterrein, waaraan ruim acht honderd mensen vanuit 21 landen deelnamen. Tijdens deze oefening werden verschillende scenario’s beoefend waarbij de trainees de lokale politie van advies moesten voorzien.4
5 Waarom samenwerking?
De algemene focus van handhavingsorganisaties ligt veelal op het nationale domein, wat gezien de toegenomen veiligheidsdreigingen van de afgelopen jaren begrijpelijk is. Veel van deze veiligheidsdreigingen zijn echter het gevolg van internationale crises, zoals de Europese vluchtelingencrisis van 2015. Dit heeft bij de internationale gemeenschap het besef doen groeien dat de veiligheidssituatie buiten de eigen landsgrenzen ook directe invloed kan hebben op de binnenlandse situatie. Internationale civiele missies hebben als doel om conflictsituaties die bijvoorbeeld kunnen leiden tot een verhoogde stroom van vluchtelingen zoveel mogelijk te voorkomen of te de-escaleren. Momenteel zijn EU-missies echter niet allemaal gevuld en het uitgezonden personeel is daarbij niet altijd optimaal voorbereid.5 Juist door internationale samenwerking kan de effectiviteit en kwaliteit maar ook de kwantiteit van uit te zenden personeel worden verhoogd. Het EUPCST-programma draagt al bij aan deze ambitie, maar het verdient zeker de aandacht om te bezien hoe Nederland de samenwerking bij internationale missies en trainingen kan versterken. Dit is tenslotte niet alleen in het voordeel van onze eigen nationale veiligheid maar ook in die van de ons omringende landen.
Lotte Aret LLM is stafadviseur bij de afdeling Defensie en internationale samenwerking bij de Koninklijke Marechaussee.
1) Dit aantal betreft functies waarbij een civiele taak wordt uitgevoerd.
2) ‘EU Concept for ESDP support to Security Sector Reform’, Secretariaat Raad van de Europese Unie, 13 oktober 2005.
3) In de context van de Europese Unie wordt er onder derde landen de landen verstaan die geen lid zijn van de Europese Unie.
4) In dit specifieke geval was er geen sprake van lokale politie uit derde landen, maar van acteurs die optraden als ‘lokale politie’.
5) “Civilian and military personnel in CSDP missions and operations”, Verslag van workshop geïnitieerd door de Subsommissie Veiligheid en defensie (SEDE) van het Europees Parlement, 16 februari 2017.
Geef een reactie